| 09 267 86 52 (kantooruren)
Transformatieproces
Watergebonden bedrijventerrein
In 2009 werd in opdracht van de provincie Oost-Vlaanderen een masterplan opgemaakt voor het industriegebied Briel in Baasrode. In deze studie werd gekozen voor de transformatie van het gebied tot een watergebonden bedrijventerrein omwille van de ligging aan de Schelde en de enorme potenties voor watergebonden bedrijvigheid. De binnenvaart is immers het transportmiddel van de toekomst en heeft een aantal belangrijke troeven: milieuvriendelijk, goedkoop, snel en op tijd.
Door een deel van het transport via de weg naar transport via de waterweg te verschuiven, kan de binnenvaart onze mobiliteit verbeteren, de files verminderen en bovendien de verkeersveiligheid en leefbaarheid positief beïnvloeden. Het is helemaal niet de bedoeling om van Baasrode een haven te maken, maar wel om de bedrijven die op het terrein hun activiteiten uitbouwen zoveel mogelijk van de waterweg gebruik te laten maken om de goederen aan en af te voeren. De moderne overslaginfrastructuur neemt een beperkte ruimte in en veroorzaakt weinig lawaaihinder.
Duurzaam en kwalitatief bedrijventerrein, met veel aandacht voor leefbaarheid
Bij de opmaak van het inrichtingsplan wordt vooral een betere leefbaarheid van het gebied nagestreefd: het voorzien van groenbuffers en een veilig fietspad en mogelijk de aanleg van een nieuwe ontsluitingsweg die de bereikbaarheid moet verbeteren.
Project Briel als hefboom voor een betere mobiliteit
De bereikbaarheid van het bedrijventerrein moet en zal verbeterd worden. Het Project Briel biedt een opportuniteit om het mobiliteitsprobleem op zowel de site, als de ruimere omgeving aan te pakken. Aan de hand van de concrete gegevens en het mobiliteitseffectenrapport worden gesprekken gevoerd met de betrokken instanties om zo tot een duurzame oplossing te komen voor de mobiliteit in de omgeving.
Er wordt een tweede mobiliteitseffectenrapport (MOBER) opgemaakt. Deze studie onderzoekt verschillende scenario’s, hoe het bedrijventerrein best kan ontsloten worden naar de N41. Dit is een verdere uitwerking van de belangrijkste oplossing van het eerste MOBER, namelijk de aanleg van een nieuwe ontsluitingsweg langs de spoorweg.
Ook de mobiliteit van de Alvatsite wordt mee onderzocht.
Deze studie wordt opgemaakt in samenwerking met de stad Dendermonde, de gemeente Buggenhout en het Vlaams Agentschap Wegen en Verkeer.
Transformatie in deelgebieden
Na een grondige inventarisatie van het gebied, overleg met de bedrijven en een eerste haalbaarheidsonderzoek, werd besloten om het gebied op te splitsen in deelgebieden.
Deelgebied 1
Het eerste deel omvat het gebied gelegen aan de Schelde, vanaf de gemeentegrens met Buggenhout, tot aan de Fabriekstraat. De spoorweg vormt de zuidelijke grens.
Het project heeft voor dit gebied de maximaal haalbare transformatie tot een watergebonden bedrijventerrein tot doel. Voor dit gedeelte wordt momenteel een Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan (PRUP) opgemaakt waardoor dit gebied exclusief voor watergebonden bedrijven wordt gereserveerd.
Parallel met de opmaak van het PRUP werken DVW en de POM Oost-Vlaanderen aan een inrichtingsplan en een beheerplan, waarbij gestreefd wordt naar een verbeterde beeldkwaliteit en een goed beheer, samen met de bedrijven, om de kwaliteit ook in de toekomst hoog te houden.
Deelgebied 2
Het tweede deel bevindt zich ten westen van de Fabriekstraat en omvat onder andere de KMO-zone Steenkaaistraat. Daar blijft de huidige bestemming behouden. Dit gebied is binnen het project vooral van belang voor de mobiliteit.
Alvatsite
In 2017 werd onderzocht om de aanpalende Alvatsite, gelegen op grondgebied van de gemeente Buggenhout, mee te betrekken bij het project Briel als een derde deelgebied. Er werd een masterplan voor het gebied opgemaakt.
De deputatie van de provincie Oost-Vlaanderen besliste midden 2019 om de Alvatsite niet langer bij het project te betrekken.
